Wat is het verschil tussen Costa Blanca Noord en Zuid?

De meest noordelijke badplaats aan de Costa Blanca is het levendige stadscentrum van Dénia met veerdiensten naar de Balearen. De 15 kilometer lange zandstranden maken het een geliefde badplaats het hele jaar door. Verder is het ook goed gelegen op slechts een uur rijden van de luchthavens van Valencia en Alicante. Dénia is trouwens ook erg betaalbaar voor een tweede woning. Andere populaire steden in Costa Blanca Noord zijn Benidorm, Javea, Calpe en Alicante.
In het zuiden is Orihuela Costa een populaire bestemming. Het is het meest dichtbevolkte deel van de hele Costa Blanca. Wat de meeste kopers daar aantrekt, is de keuze voor betaalbaar onroerend goed in combinatie met de nabijheid van alle soorten voorzieningen, schone stranden, het levendige nachtleven en het hippe winkelcentrum La Zenia Boulevard. Daarnaast is het ook makkelijk voor je familie om op bezoek te komen of om zelf even te vliegen naar je thuisland dankzij de nabijgelegen luchthavens van Alicante en Murcia. In deze regio liggen de prijzen iets hoger, maar ze blijven beduidend lager dan in de noordelijke Costa Blanca.

Costa Blanca Zuid is iets goedkoper dan het noorden voor het kopen van een tweede woning in Spanje. Toch hangt de keuze van welke regio het best is vooral af van je persoonlijke voorkeuren. Hou je van het typische Costa Blanca gevoel met zandstranden of opteer je eerder voor het ruige landschap en de prachtige natuur in het noorden? Laat je bij je zoektocht bijstaan door Holiday Estate. Je kan rekenen op onze expertise en kennis op het vlak van Spaans vastgoed.

Iedereen die in Spanje ingeschreven staat, heeft recht op zorg. Ben je in loondienst of werk je als zelfstandige? Dan wordt er een gedeelte van je loon ingehouden. Het exacte bedrag hangt af van je inkomsten. Heb je helemaal geen inkomsten vanuit Nederland, België of Spanje? Dan moet je een particuliere zorgverzekering afsluiten. Ben je gepensioneerd en woon je permanent in Spanje? Dan wordt er een deel van je pensioen afgehaald om je zorgbijdrage te betalen.

De premie voor de publieke zorgverzekering hangt in Spanje af van je inkomsten. Reken op gemiddeld zo’n 4,7 procent van je jaarinkomen. Een ander deel van de collectieve zorgpremie wordt betaald door werkgevers (zo’n 23,6 procent in totaal). Ben je zelfstandig ondernemer? Dan moet je je eigen premie volledig betalen. Hiervoor meld je je eerst aan bij de instantie voor sociale zekerheid (Tesorería General de la Seguridad Social of TGSS). Je hebt hierbij je paspoort, ID-kaart en belastingnummer (NIE) nodig. Ook moet je het TA1-formulier invullen. Hierna is het heel even wachten tot je je zorgpas (de Tarjata Sanitaria Individual of TSI) ontvangt. De Spaanse zorgpas TSI heeft een geldigheid van vier jaar en je neemt hem altijd mee als je zorg nodig hebt. Met je zorgpas wordt 40% van je medicatie vergoed en moet je nog 60% zelf betalen. Maak je hier echter geen zorgen over, want medicijnen zijn in Spanje doorgaans heel betaalbaar!

Zoals gezegd zit niet alle zorg in de Spaanse basisverzekering. Soms is het dus slim om een particuliere zorgverzekering te nemen. Hiermee ben je onder meer verzekerd voor de tandarts en ook kun je bij meer en luxere ziekenhuizen terecht. Als bijkomend voordeel zijn de wachttijden bij particuliere zorg vaak een stuk korter. De particuliere zorgverzekering is in Spanje heel betaalbaar. Zo ben je voor een uitstekende tandartsverzekering bijvoorbeeld slechts tien of twintig euro per maand kwijt. Natuurlijk kun je ook in Spanje kiezen uit verschillende verzekeraars, waaronder Adeslas en Bupas.

In Spanje ben je vrij om je eigen huisarts te kiezen. Indien nodig kan deze je doorverwijzen naar een specialist. Bij je Spaanse huisarts zijn de lijntjes en ook de wachttijden vaak heel kort. In veel gevallen kan je dezelfde dag nog terecht! Enorm handig natuurlijk, zeker als je plotselinge klachten hebt of met vragen rondloopt waar je snel antwoord op wilt hebben. Vooral in de Spaanse steden is het erg goed gesteld met de zorg, maar ook daarbuiten kun je goede huisartsen, klinieken en ziekenhuizen vinden.

In heel Spanje zijn er zo’n 800 ziekenhuizen. Ruim twee derde van deze ziekenhuizen is openbaar. Bij openbare ziekenhuizen moet je vaak wat langer wachten en ook spreekt lang niet iedereen er Engels. Het kan dus slim zijn om iemand mee te nemen die Spaans spreekt. Geef je de voorkeur aan een kwalitatief hoogstaand ziekenhuis met korte wachttijden en waar men ook Engels spreekt? Dan kun je het beste kiezen voor een groter ziekenhuis, zoals een staatsziekenhuis, of een particuliere kliniek.